bijbelgedeelte
zoeken
[2] Hij schreef deze spreuken om de mensen te leren hoe zij moesten leven. Hoe zij moesten handelen in allerlei omstandigheden.
[3] Want hij wilde dat zij verstandig zouden zijn en eerlijk en oprecht in hun hele handel en wandel.
[4] "Ik wil de eenvoudige wijsheid geven", zei hij. "En ik wil de jonge mensen waarschuwen voor problemen die zij in hun leven zullen ontmoeten."
[5] Zo kan een wijze nog wijzer worden en merkt een verstandig mens dat er nog veel te leren valt,
[6] voordat hij deze spreuken goed begrijpt en weet wat er achter de woorden van een wijze schuilt.
[7] Maar de basis van alle kennis is het eerbiedig ontzag voor de HERE. Alleen dwazen schatten Gods lessen en wijsheid niet op hun waarde.
[8] Mijn zoon, luister naar de wijze lessen van je vader. Zoek je houvast in wat je moeder je geleerd heeft.
[9] Dat zal je in het leven verder helpen.
[10] Mijn zoon, als slechte mensen proberen je om te praten, ga dan niet overstag.
[11] Ook niet als zij zeggen: "Kom op, we nemen er een stel te pakken; wat maakt het uit als zij onschuldig zijn?
[12] Wij maken hen af en jagen ze de dood in.
[13] Zij hebben genoeg geld en spullen, dus wij kunnen een flinke slag slaan.
[14] Reken maar dat jij je deel krijgt, want de buit is voor ons allemaal."
[15] Mijn zoon, trek niet met zulke mensen op. Blijf liever bij hen uit de buurt.
[16] Zij hebben weinig goeds in de zin en gebruiken maar al te graag geweld.
[17] Als een vogel het vangnet ziet, vliegt hij weg.
[18] Maar deze mannen niet. Zij stellen hun leven in de waagschaal en vormen zo een bedreiging voor zichzelf.
[19] Want wie zich zo tracht te verrijken, gaat aan die gewelddadige hebzucht ten onder.
[20] De wijsheid is niet moeilijk te vinden en wordt als het ware van de daken geschreeuwd.
[21] Zij is te horen in de drukte op de straten, op de plaatsen waar mensen samen zijn. Op de toegangswegen van de stad roept zij:
[22] "Slechte mensen, hoelang blijft u nog prat gaan op uw slechtheid? En spotters, hoelang blijft u genieten van uw eigen sneren? Hoelang blijven dwazen de wijsheid negeren?
[23] Laat mijn vermaning een les voor u zijn. Want ik zal u laten zien wat ik wil en wat ik denk. Als verfrissend water stromen mijn woorden u tegemoet.
[24] Ik riep, maar u luisterde niet en niemand zag hoe ik mijn hand uitstak.
[25] Mijn raad hebt u naast u neergelegd en mijn vermaning wees u van de hand.
[26] Daarom zal ik lachen wanneer u valt en de spot met u drijven, als u in het nauw zit.
[27] Mijn spotgelach zal u in de oren klinken, wanneer uw leven snel en meedogenloos wordt verwoest en u niets anders overblijft dan angst en uitzichtloosheid.
[28] Ja, dan zullen ze mij roepen, maar geen antwoord krijgen. Zij zullen hun best doen mij te vinden, maar zonder resultaat.
[29] Zij wilden immers niets weten van kennis en inzicht, van eerbiedig ontzag voor de HERE?
[30] Zij legden mijn adviezen naast zich neer en schokschouderden over mijn vermaningen.
[31] Daarom moeten zij de gevolgen dragen en ondervinden wat zij zich op de hals hebben gehaald.
[32] Want hun onwil wordt hun dood en hun voorspoed zal bedrieglijk blijken; ook die kan hun val niet voorkomen.
[33] Maar wie wel naar mij luistert, hoeft zich nergens zorgen om te maken, want dergelijk onheil is voor hem niet weggelegd."
Type hier een bijbelgedeelte in.
Bijvoorbeeld: "Galaten 2:20"
Bijvoorbeeld: "Galaten 2:20"
Spreuken 1:1-33
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31klik op een onderstaand vers en kies een categorie voor meer info.
1
[1] Dit zijn de spreuken van Salomo, zoon van David en koning van Israël.[2] Hij schreef deze spreuken om de mensen te leren hoe zij moesten leven. Hoe zij moesten handelen in allerlei omstandigheden.
[3] Want hij wilde dat zij verstandig zouden zijn en eerlijk en oprecht in hun hele handel en wandel.
[4] "Ik wil de eenvoudige wijsheid geven", zei hij. "En ik wil de jonge mensen waarschuwen voor problemen die zij in hun leven zullen ontmoeten."
[5] Zo kan een wijze nog wijzer worden en merkt een verstandig mens dat er nog veel te leren valt,
[6] voordat hij deze spreuken goed begrijpt en weet wat er achter de woorden van een wijze schuilt.
[7] Maar de basis van alle kennis is het eerbiedig ontzag voor de HERE. Alleen dwazen schatten Gods lessen en wijsheid niet op hun waarde.
[8] Mijn zoon, luister naar de wijze lessen van je vader. Zoek je houvast in wat je moeder je geleerd heeft.
[9] Dat zal je in het leven verder helpen.
[10] Mijn zoon, als slechte mensen proberen je om te praten, ga dan niet overstag.
[11] Ook niet als zij zeggen: "Kom op, we nemen er een stel te pakken; wat maakt het uit als zij onschuldig zijn?
[12] Wij maken hen af en jagen ze de dood in.
[13] Zij hebben genoeg geld en spullen, dus wij kunnen een flinke slag slaan.
[14] Reken maar dat jij je deel krijgt, want de buit is voor ons allemaal."
[15] Mijn zoon, trek niet met zulke mensen op. Blijf liever bij hen uit de buurt.
[16] Zij hebben weinig goeds in de zin en gebruiken maar al te graag geweld.
[17] Als een vogel het vangnet ziet, vliegt hij weg.
[18] Maar deze mannen niet. Zij stellen hun leven in de waagschaal en vormen zo een bedreiging voor zichzelf.
[19] Want wie zich zo tracht te verrijken, gaat aan die gewelddadige hebzucht ten onder.
[20] De wijsheid is niet moeilijk te vinden en wordt als het ware van de daken geschreeuwd.
[21] Zij is te horen in de drukte op de straten, op de plaatsen waar mensen samen zijn. Op de toegangswegen van de stad roept zij:
[22] "Slechte mensen, hoelang blijft u nog prat gaan op uw slechtheid? En spotters, hoelang blijft u genieten van uw eigen sneren? Hoelang blijven dwazen de wijsheid negeren?
[23] Laat mijn vermaning een les voor u zijn. Want ik zal u laten zien wat ik wil en wat ik denk. Als verfrissend water stromen mijn woorden u tegemoet.
[24] Ik riep, maar u luisterde niet en niemand zag hoe ik mijn hand uitstak.
[25] Mijn raad hebt u naast u neergelegd en mijn vermaning wees u van de hand.
[26] Daarom zal ik lachen wanneer u valt en de spot met u drijven, als u in het nauw zit.
[27] Mijn spotgelach zal u in de oren klinken, wanneer uw leven snel en meedogenloos wordt verwoest en u niets anders overblijft dan angst en uitzichtloosheid.
[28] Ja, dan zullen ze mij roepen, maar geen antwoord krijgen. Zij zullen hun best doen mij te vinden, maar zonder resultaat.
[29] Zij wilden immers niets weten van kennis en inzicht, van eerbiedig ontzag voor de HERE?
[30] Zij legden mijn adviezen naast zich neer en schokschouderden over mijn vermaningen.
[31] Daarom moeten zij de gevolgen dragen en ondervinden wat zij zich op de hals hebben gehaald.
[32] Want hun onwil wordt hun dood en hun voorspoed zal bedrieglijk blijken; ook die kan hun val niet voorkomen.
[33] Maar wie wel naar mij luistert, hoeft zich nergens zorgen om te maken, want dergelijk onheil is voor hem niet weggelegd."